Op safari in de stad – augustus 2025

Ook in augustus trokken we er nog één keer op uit – voor de allerlaatste safari van deze zomer! De nazomer staat al te trappelen en veel planten hebben hun hoogtepunt achter zich gelaten, maar wie denkt dat er niets meer te beleven valt, vergist zich grandioos. De stad blijft ons verrassen!
Tussen het onvermijdelijke varkensgras, de altijd-aanwezige fijnstralen en de dappere weegbreesoorten ontdekten we zowaar… een tomatenplant! Jawel, een heuse tomatenplant, zomaar tegen een oude kerkmuur, fier in bloei. Of we er nog tomaatjes van zullen plukken? Dat is nog even afwachten, maar één ding is zeker: planten zijn taai, moedig en verrassen ons elke keer.
En de ontdekkingen hielden daar niet op. In een bescheiden straatgoot vonden we de bleekgele droogbloem en zeepkruid – een bont gezelschap op een onverwachte plek. Maar het toppunt? Een Echte valeriaan pal naast een voordeur. En alsof dat nog niet genoeg was: citroenmelisse die vrolijk op een gevel klimt!
Zelfs na al die safari’s blijft de stad ons verbazen. Genoeg stof om over na te praten dus… Let’s go!

Aarmunt

Aarmunt (Mentha spicata), ook wel groene munt of speermunt genoemd, is een aromatische plant uit de lipbloemenfamilie (Lamiaceae). Ze heeft rechtopstaande, vierkante stengels, smalle, spitse bladeren met een frisse geur en kleine lila tot roze bloemetjes in slanke aren. Aarmunt groeit vaak langs waterkanten, in tuinen en op vochtige bodems. Hier staat ze tegen de muur van het Guido Gezellehuis. De bladeren worden veel gebruikt voor muntthee, desserts en gerechten. Door het hoge gehalte aan geurige oliën is de plant niet alleen culinair geliefd, maar trekt ze ook talloze bijen en vlinders aan, waardoor ze ecologisch een belangrijke rol speelt.

Bleekgele droogbloem

De bleekgele droogbloem (Gnaphalium luteoalbum), ook wel geelwit viltkruid genoemd, is een eenjarige plant uit de composietenfamilie (Asteraceae). Ze herken je aan de wollig behaarde, grijsgroene bladeren en de kleine, bleekgele bloemetjes die in compacte hoofdjes bijeenstaan. De plant groeit vaak op droge, zandige plekken, zoals wegbermen, bouwterreinen en open grond. In Vlaanderen was ze lange tijd zeldzaam en zelfs sterk achteruitgegaan door verstedelijking en het verdwijnen van open, zandige plekken. Sinds de laatste decennia duikt ze echter vaker op. Zoals de naam al doet vermoeden, behoudt ze haar vorm en kleur na het drogen, waardoor ze vroeger populair was in droogboeketten. De bleekgele droogbloem is een echte pioniersoort en weet zelfs op arme bodems te overleven.

Citroenmelisse

Citroenmelisse (Melissa officinalis) is geen recente soort; ze wordt al sinds de middeleeuwen in onze streken gekweekt. Oorspronkelijk komt de plant uit het oostelijke Middellandse Zeegebied, maar werd door kloosters en kruidentuinen verspreid over Europa vanwege haar geneeskrachtige en culinaire waarde.
Ze is dus een oude cultuurplant, maar tegenwoordig verwildert ze vaker, vooral in steden, op muren, bij voordeuren en in tuinen. De laatste decennia duikt ze meer op buiten klassieke tuinen, dankzij zachte winters en stedelijke warmte-eilanden. Hier vonden we citroenmelisse op de gevel van het Gezellehuis in Brugge. Niet meteen de meest voor de hand liggende biotoop voor de citroenmelisse. Maar blijkbaar heeft ze het er toch naar haar zin.

Echte valeriaan

De echte valeriaan (Valeriana officinalis) is een vaste plant uit de valeriaanfamilie (Caprifoliaceae). Ze groeit vooral op vochtige, voedselrijke graslanden, rivieroevers en moerasachtige plekken, vaak in licht beschaduwde gebieden. Hier groeit hij zomaar aan een voordeur – waar blijkbaar ook het hondje van de buurman interesse voor heeft. 😉
Echte valeriaan staat vooral bekend om haar kalmerende eigenschappen; de wortels worden gebruikt in kruidengeneeskunde bij slapeloosheid, nervositeit en spanningsklachten.

Europese hanenpoot

De Europese hanenpoot (Echinochloa crus-galli) is een plant uit de grassenfamilie (Poaceae). Ze groeit vooral op vochtige, voedselrijke bodems, zoals akkers, slotenranden, rivieroevers en moerassen, en staat bekend als een veelvoorkomend onkruid in landbouwgebieden. Zelfs in de stad laat de Europese hanenpoot van zich horen! Tussen de straatstenen van een smal steegje groeide ze onverstoorbaar, met haar pluimvormige aren fier omhoog. Normaal zie je haar op akkers of grachtkanten, maar deze pionier laat zich door niets tegenhouden. Ze bewijst dat zelfs op de kleinste, meest onverwachte plekjes natuur haar weg vindt – een echte stedelijke overlever!

Gele helmbloem

Ook in de stad laat de gele helmbloem (Galeopsis lutea) zich niet onbetuigd! Op vochtige hoekjes van een park of langs een groenstrook tussen gebouwen schittert ze met haar opvallende gele, helmvormige bloemetjes. Normaal hoort ze thuis in bosranden en graslanden, maar deze durfal toont dat natuur ook in de stad haar plekje vindt. Bijen en andere insecten komen gretig langs, waardoor ze ineens de stadse ecologische hotspot van de buurt wordt.

Gewoon varkensgras

Het gewone varkensgras (Polygonum aviculare) is een echte stadspionier! Je vindt ‘m letterlijk overal. Tussen straatstenen, op braakliggende terreinen of langs stoepkanten kruipt en groeit ze overal waar een kiempje maar kan passen. Met haar fijne bladeren en kleine bloemen lijkt ze misschien onopvallend, maar ze laat zich door niets tegenhouden. Een stille overlever die bewijst dat zelfs de kleinste kieren in de stad een plekje voor de natuur bieden!

Kleine varkenskers

Kleine varkenskers (Cardamine hirsuta) is een echte snelheidsduivel onder de stadsplanten! In vochtige hoekjes van bloembedden, gevelplantenbakken of zelfs tussen stoeptegels vormt ze een vrolijk frisgroen tapijt met kleine witte bloemetjes. Waar gewoon varkensgras geduldig door steen wurmt, laat kleine varkenskers zien hoe snel de natuur kan toeslaan: in een oogwenk kan een hele stoep vol staan. Met haar razendsnelle zaadverspreiding creëert ze bovendien een mini-stadsparadijs voor bijen en kleine insecten. Een klein plantje met een grote dosis energie en charme!

Klein kaasjeskruid

Klein kaasjeskruid (Malva neglecta) laat zich overal zien, zelfs tussen stoeptegels en straatstenen. Zijn ronde, licht behaarde bladeren en kleine roze tot paarse bloemen vallen op, maar ook de schijfvormige vruchtjes zijn karakteristiek: elk bevat een zaadje en kan aan kleding of dieren blijven plakken. Zo verspreidt het plantje zich razendsnel en weet het nieuwe plekjes in de stad te veroveren, terwijl het tegelijkertijd nectar biedt voor bijen en andere insecten.

Stijve klaverzuring

Stijve klaverzuring (Oxalis stricta) is een lage, kruidachtige plant uit de klaverzuringfamilie (Oxalidaceae). Ze groeit op zonnige tot licht beschaduwde, voedselrijke of verstoorde bodems, zoals stoepkanten, braakliggende terreinen en tuinen. Kenmerkend zijn de driebladige, hartvormige bladeren en de gele, vijfdelige bloemen die van de lente tot de zomer bloeien. Na de bloei vormt de plant langwerpige, rechtopstaande peulvruchten, die bij rijpheid openspringen en de kleine zaden ver verspreiden. Dankzij deze vruchtmechaniek kan stijve klaverzuring zich snel en efficiënt uitbreiden, zowel in stedelijke als landelijke omgevingen. De plant biedt bovendien nectar en schuilplaats voor bijen en kleine insecten.

Straatwolfsmelk

Straatwolfsmelk (Euphorbia maculata) is een laagblijvende, kruidachtige plant uit de wolfsmelkfamilie (Euphorbiaceae). Ze groeit op droge, voedselarme, verstoorde bodems, zoals straatstenen, stoepkanten, parkeerplaatsen en braakliggende terreinen. De plant is al enkele eeuwen in Europa aanwezig, maar wel relatief recent is, is haar opmars in stedelijke omgevingen. Door het veelvuldig bestraten van steden, het ontstaan van parkeerplaatsen en andere droge, voedselarme verhardingen, heeft straatwolfsmelk zich goed kunnen vestigen.
De smalle, liggende bladeren zijn vaak glanzend groen en hebben een karakteristiek rood of donkerbruin stipje in het midden, wat een handig herkenningspunt is.

Tomatenplant

Tegen de eeuwenoude stenen van een oude kerkmuur groeide een tomatenplant (Solanum lycopersicum), een onverwachte verschijning in de stad. De plant stond er fier te bloeien, met glanzende groene bladeren en kleine gele bloemen die beloven dat er wellicht ooit rode vruchtjes zullen verschijnen. Of de tomaten echt zullen rijpen, valt nog te bezien, maar het laat zien hoe sterk en vindingrijk planten zijn: zelfs op de meest onverwachte, ruwe plekken weten ze zich een weg te banen. Deze tomaat trekt ook insecten aan en verandert een gewone steeg in een levendig mini-ecosysteem.

Watermunt en witte munt


In de stad laten zelfs muntsoorten hun talenten zien! Watermunt (Mentha aquatica) en witte munt (Mentha suaveolens) weten beide verrassend goed te gedijen in stedelijke omgevingen. Watermunt houdt van vochtige plekken, zoals grachtkanten, vijvers of regenwaterbassins, en verspreidt zich snel via wortelstokken. Witte munt voelt zich thuis in droger zand of losse grond, bijvoorbeeld in tuintjes of plantvakken, en valt op door haar fluweelachtig behaarde bladeren en aangename geur. Beide soorten trekken bijen en vlinders aan en brengen een vleugje frisse muntgeur in de stad. Zo laten deze muntsoorten zien dat zelfs stedelijke hoekjes tot een mini-moestuin kunnen uitgroeien.

Wolfspoot

Wolfspoot (Lycopus europaeus) is een slimme stadsbewoner langs het water! Langs grachten, vijvers of natte steegjes groeit ze met haar lancetvormige, getande bladeren en kleine witte tot roze bloemetjes in kransen langs de stengel. Ondanks haar voorkeur voor vochtige plekken toont ze doorzettingskracht: zelfs in stedelijke omgevingen weet ze zich een plekje te veroveren. In Brugge staat groeit hij hier en daar op de muur langs de Reien. Wolfspoot bewijst dat de lipbloemenfamilie niet alleen in tuinen thuishoort, maar ook de stad verrassend groen kan kleuren.

Zeepkruid

Zeepkruid (Saponaria officinalis) is een charmante stadspionier met een lange geschiedenis! Ze groeit graag op braakliggende terreinen, stoepkanten en verstoorde plekken en valt op door haar roze tot lichtroze bloemen in losse trossen. Maar hier vond ik de plant gewoon op de stoep!
Haar naam dankt ze aan de saponinen in de wortels, waarmee vroeger eenvoudig zeep kon worden gemaakt. Ondanks haar delicate uiterlijk is ze taai en doorzettingskrachtig, waardoor ze zelfs in stedelijke steegjes of langs oude muren kan bloeien. Bijen en vlinders worden aangetrokken door haar nectar, waardoor ze in één klap kleur en leven brengt op een plek die anders grijs zou zijn.
Zwarte nachtschade

Zwarte nachtschade (Solanum nigrum) is een echte taaie stadsplant! Ze groeit op stoepkanten, braakliggende terreinen en tussen oude muren, op plekken waar weinig andere planten durven komen. Haar donkergroene bladeren en kleine witte stervormige bloemen vallen op, gevolgd door glanzende zwarte bessen. Pas op: deze bessen zijn giftig voor mensen, vooral als ze nog groen zijn, maar voor vogels vormen ze een smakelijk hapje. Zwarte nachtschade bewijst dat zelfs de smalste steegjes een plekje kunnen worden voor natuur, kleur en bedrijvigheid, en laat zien hoe planten overal hun weg weten te vinden.
Link naar de 16 meest recente artikelen
- Rechte alsem – Artemisia biennis
- Op safari in de stad – augustus 2025
- De kruidenfluisteraar spreekt… (deel 4)
- Op oevertocht in augustus (deel 3)
- Groenbeleid met een visie
- Op oevertocht in augustus (deel 2)
- Waardevol natuurgebied wordt bedreigd
- Op oevertocht in augustus (deel 1)
- Groot heksenkruid
- De kruidenwis (deel 2)
- De kruidenwis (deel 1)
- Brandnetel beschermt en zuivert
- Robertskruid: een vergeten held in het plantenrijk
- Duizendblad – een mythisch kruid
- Op safari in de stad (juli 2025)
- Vingerplant – Een onverwachte ontmoeting in Brugge
Ontdek meer van Stadsplanten
Abonneer u om de nieuwste berichten naar uw e-mail te laten verzenden.