Kransmuur (Polycarpon tetraphyllum) is een eenjarige plant uit de anjerfamilie (Caryophyllaceae). Deze soort is betrekkelijk nieuw in onze steden. De verwachting is dat de soort algemeen zal worden in een stedelijke omgeving.
Voorkomen
In Vlaanderen is kransmuur een urbane soort: ze wordt uitsluitend aangetroffen in het stedelijke milieu, waar ze voorkomt op uitgesproken warme, droge, zeer voedselrijke standplaatsen zoals aan de voet van muren, tussen straatstenen en op voetpaden. Haar begeleiders zijn steeds erg banale, meestal inheemse soorten als herderstasje, liggende vetmuur, straatgras of vogelmuur. In dergelijke milieus slaagde kransmuur erin om in enkele Vlaamse steden in te burgeren.
In Mechelen vind je de plant onder meer langs muren in straten aan de achterkant van de OLV-kerk. In Brugge vonden we hem in de Oude Gentweg.
Ze stamt oorspronkelijk uit het westelijke deel van het Middellandse Zeegebied en is tegenwoordig uit alle werelddelen bekend. Ze groeit van nature tussen rotsen maar was ook in het gebied van herkomst al bekend uit het stedelijke milieu.
In Vlaanderen is de plant zeldzaam ingeburgerd in stedelijke omgevingen, o.a. Antwerpen, Brussel, Brugge, Mechelen en Gent. Sinds de jaren 1990 sterk toegenomen als ‘onkruid‘ in stedelijke habitatten. Ontdekt in 1994 in Gent (Brugse Poort) (Verloove 2002) en vervolgens in Brussel rond 1999 (Lawalrée 2000) en in Brugge sinds 2006. In 2007 voor het eerst gevonden in de stad Antwerpen (Kiel). Een actueel overzicht van zijn huidige verspreiding in België vindt u hier: http://waarnemingen.be/soort/view/7216
Kransmuur houdt goed stand en is inmiddels volledig verwilderd. Het duurde echter ca. 10 jaar voordat het zich begon te verspreiden in Gent. In 2009 was het in verschillende wijken van de stad heel gewoon geworden. Een verdere verspreiding binnen de genoemde steden en naar nieuwe steden in de zeer nabije toekomst is onvermijdelijk.
Naamgeving
De lancetvormige bladeren vormen kransen van 4. Hieraan ontleent de soort zijn naam. De geslachtsnaam Polycarpon slaat op ‘veelvruchtig’ en de soortaanduiding Tetraphyllum betekent ‘vierbladig’.
Beschrijving
De plant kan laag blijven door betreding tot ongeveer 20 cm als ze ongestoord kan groeien. De bloemen bloeien wit.
De plant is sterk vertakt. De vertakkingen eindigen in vele veelbloemige schermen. De groene bladen zijn kaal en elliptisch. Meestal staan ze met vier bij elkaar.
De plant bloeit vanaf maart tot september met onopvallende, vaak gesloten bloemetjes. De bloemetjes zijn klein en wit- of groenachtig met meestal 5 kelk- en kroonblaadjes.
De kroon-, kelk- en schutblaadjes zijn ongeveer even lang.